Wat als? is een podcast van Diederik Samsom en Mathijs Bouman die wekelijks verschijnt op Podimo en overal te proberen is. Bij iedere aflevering schrijven we een nieuwsbrief met achtergronden en lees-, kijk- luistertips.
Onze neiging om de economie almaar te laten groeien is nogal hardnekkig. Maar past die houding nog wel als we ook een ommezwaai moeten maken voor het klimaat? Krimpen, daar zit volgens de-growthers de oplossing. Kan (en moet) het anders? Moet de economie krimpen om de aarde te redden?
“Het is een utopie dat we ooit een maatschappij bouwen op minder,” denkt Mathijs. Diederik was heel lang een de-growther, maar veranderde van inzicht toen hij in tijden van krimp in de Haagse politiek zat. “ En dat beviel echt niet.”
Waarom zijn we zo gefixeerd op stijgende lijnen? In deze nieuwsbrief gaan we langs een aantal denkers en doeners met eigen ideeën over groeien of krimpen, op zoek naar de beste balans tussen aarde en economie.
Degrowth: minder hebben, beter leven
De meest radicale denkwijze is die van de degrowthers. Aanhangers van dit geloof stellen dat voortdurende economische groei onhoudbaar is. Zij betogen dat het afbouwen van consumptie en overbodige sectoren - denk aan fossiele energie, fast fashion of wegwerpplastic - in rijke landen nodig is om ecologisch verval te voorkomen en mondiale gelijkheid te creëren.
Volgens Jason Hickel, aanhanger van economische krimp, zijn we verslaafd aan economische groei. De oplossing volgens de antropoloog en econoom? Georganiseerde afbouw van overconsumptie in rijke landen. Niet als straf, maar als bevrijding. Er is genoeg voor iedereen als we stoppen met over de rug van de planeet en het zuiden te groeien.
“All living organisms grow. But in nature there is a self-limiting logic to growth: organisms grow to a point of maturity, and then maintain a state of healthy equilibrium. When growth fails to stop – when cells keep replicating just for the sake of it – it’s because of a coding error, like what happens with cancer. This kind of growth quickly becomes deadly.”
― Jason Hickel in Less is More: How Degrowth Will Save the World
Hickels denkwijze stuit op weerstand en is nogal impopulair. “De partij van de eeuwige krimp krijgt geen stemmen”, voorziet Mathijs. Burgers stemmen met hun portemonnee en krimp wordt daardoor al snel geassocieerd met crisis en verlies. “Als je op een ellendige manier krimp veroorzaakt, krijgt de partij van de groei alle stemmen.”
Politicoloog Simon van Teutem schreef in De Correspondent over de praktische gevolgen en risico’s als we echt gaan ontgroeien:
Post-growth: vooruitgang zonder groeidwang
Iets minder radicaal is de postgroei-beweging. Die pleit voor een verschuiving in hoe we groei meten. Wat als we groei niet langer afmeten aan economische cijfers, maar aan onze gezondheid, de zorg voor elkaar en de leefbaarheid van onze planeet?
Hoogleraar stedelijke economie Eveline van Leeuwen vertelt in de aflevering dat onze economie volwassen is geworden en we daarom over moeten op een andere benadering: “We hoeven het niet groter en groter te maken, maar slimmer en beter.” Ze pleit voor meer kwaliteit en minder kwantiteit. Dat kun je bereiken door minder belasting op arbeid en meer op grondstoffen. Niet meer alles bezitten, maar gebruiken wat je nodig hebt. Denk: deelauto’s, kleding lenen, repareren in plaats van vervangen.
Tim Jackson, de Britse econoom en schrijver van Post Growth: Life After Capitalism, noemt onze economische groeiverslaving destructief en achterhaald. “Welvaart is mogelijk zonder groei, mits we durven loslaten wat niet meer werkt.” Jackson pleit voor het heroverwegen van onze obsessie met productiviteit en stelt dat we beter worden van zingeving en verbondenheid; een economie die draait op zorg, cultuur en regeneratie in plaats van overproductie.
De Donut: genoeg voor iedereen, binnen de grenzen van de aarde
Kate Raworth’s donut-economie is het meest beeldende alternatief. In plaats van een stijgende lijn, gelooft de econome in een circulair model waarin twee grenzen centraal staan: de sociale ondergrens (iedereen heeft recht op goed leven) en het ecologische plafond (de draagkracht van de aarde). Tussen die twee ringen zit letterlijk de sweet spot: een veilige en rechtvaardige ruimte voor zowel mens als planeet.
De kracht van dit model is dat het zowel burgers als beleid aanspreekt. Gemeente Amsterdam omarmde de strategie en creëerde een eigen ‘stadsdonut’. Bij stadsplanning wordt gekeken hoe je woningen, mobiliteit en energie kunt organiseren zonder buiten de donut te vallen. Onze hoofdstad is zo het wereldwijde voorbeeld voor dit model geworden.
VPRO Tegenlicht maakte een overzichtelijke video over de donuteconomie:
Balans zoeken
“Misschien is er nog een route,” ziet Diederik. “Zonder het systeem af te straffen, zonder krimp, maar met gematigde en andere groei - zeker in dit deel van de wereld.” En dat is dan ook de belangrijkste boodschap van al deze denkers: het hoeft niet méér te zijn. Het moet beter. We hoeven geen revolutie, maar een heroriëntatie. Minder focus op het BBP, meer op brede welvaart.
Wat denk jij?
Kan economische krimp bijdragen aan meer welvaart voor mens en planeet? Of blijven we ons geluk uitsluitend afmeten aan stijgende groeicurves?
💡 Laat ons ook weten als je een Wat als?-vraag hebt die we in de podcast moeten behandelen.
Groet,
Diederik & Mathijs
Ik zou toch graag meer groei willen zien als t aankomt op huizenbouw en energievoorziening, in plaats van mooie praatjes over donuts in Amsterdam.
En zouden jullie niet eens een podcast kunnen maken over ALARA beleid in de EU rondom kernenergie?